Blog

Er wordt mij vaak gevraagd welk van de vele Griekse eilanden nou toch het leukste/mooiste is. Daar moet ik het antwoord helaas schuldig op blijven, want ieder eiland is uniek, ze zijn onderling gewoon niet te vergelijken. Ik zal in deze blog met regelmaat een Griekse bestemming in het zonnetje zetten. Om scheve gezichten te voorkomen, doe ik dat in alfabetische volgorde en ook andere onderwerpen komen aan bod.

Tinos, een veilige en heilige haven

25 MAPTIOY - 25 MAART

25_maart

25 MAPTIOY - 25 MAART

25 maart is voor de Grieken een dubbele nationale feestdag met zowel een religieuze als een historische reden.

De Grieks-orthodoxe kerk viert de Aankondiging door de aartsengel Gabriël aan de Maagd Maria dat zij de moeder zou worden van Jezus Christus, de zoon van God. 25 maart is namelijk negen maanden voor Kerst. De Metropolitaanse Kerk van Athene is gewijd aan de Aankondiging en werd op 15 december 1842 gebouwd ter ere van 25 maart 1821, het begin van de Griekse Onafhankelijkheidsstrijd tegen de Ottomaanse bezetting.
De dag staat vooral in het teken van het herdenken van de Griekse Revolutie en het vieren van de uiteindelijk verworven onafhankelijkheid.

De Ottomaanse overheersing

Na de verovering van Constantinopel in 1453 veroverden de Ottomanen Athene in 1456. Op de Peloponnesos hielden de Grieken stand tot 1460 en de Venetianen en Genuezen verdedigden enkele door hen bestuurde eilanden, maar tegen het begin van de 16e eeuw waren de meeste Egeïsche eilanden en vrijwel het hele vasteland van Griekenland door de Ottomanen bezet. Alleen de Venetianen hadden nog enkele havensteden in handen (o.a. Nafplio, Monemvasia, Parga en Methone). Hoewel de Cycladen sinds de jaren 1530 een vazalstatus hadden, werden ze bijna allemaal in 1579 officieel door de Ottomanen geannexeerd. Sifnos in 1617 en Tinos in1715. Cyprus viel in 1571, Rhodos in 1523 en de Venetianen op Kreta moesten zich in 1669 gewonnen geven. De Ionische eilanden bleven tot 1797 onder de heerschappij van de Republiek Venetië, met uitzondering van Kefalonia dat van 1479 tot 1481 en van 1485 tot 1500 onder de Ottomaanse heerschappij viel.

De periode van Ottomaanse heerschappij had een grote impact op de Griekse samenleving.
Het veroverde land werd verdeeld onder Ottomaanse soldaten, die het als leengoederen onder het gezag van de sultan kregen. De Grieken leden onder de wanpraktijken van lokale bestuurders en de economische situatie verslechterde. Veel Grieken werden gedwongen tot zelfvoorzienende landbouw om te overleven. De christelijke bevolking diende net zoals alle andere niet-moslims in het Ottomaanse Rijk een aanzienlijke belasting te betalen die een zekere vrijheid van religie gaf. Maar elke christelijke gemeenschap werd verplicht één op de vijf zonen af te staan, die vervolgens als moslim werden opgevoed en opgeleid om te dienen in het korps van de Janitsaren, de elite-eenheid van het Ottomaanse leger. Volgens de Griekse geschiedkundige Konstantinos Paparrigopoulos zouden gedurende de Ottomaanse overheersing ongeveer één miljoen Griekse kinderen in het Janitsarenkorps zijn ingelijfd.
Bovendien werden meisjes meegenomen om als odalisken (slavin of concubine) in harems te dienen.
Zo ontstonden de zogenaamde crypto-christenen; Grieken die zich tot de Islam bekeerden om de zware belastingen te vermijden, maar in het geheim het Grieks-orthodoxe geloof beleden. Crypto-christenen liepen officieel het risico gedood te worden als ze betrapt werden op het praktiseren van een niet-moslimreligie.

Natuurlijk was er verzet. Er waren bijvoorbeeld geheime Griekse scholen, waar de Griekse taal onderwezen werd en vrijheidsstrijders verscholen zich in de bergen om hun verzet te organiseren.

De Griekse Revolutie

25_maart_eleftheria_i_thanatos

De Griekse Revolutie was een succesvolle onafhankelijkheidsstrijd die de Grieken tussen 1821 en 1830 voerden.
In 1814 werd het geheime genootschap Φιλική Εταιρεία [Fieliekíe Eterríeja] (Vriendelijke Maatschappij) opgericht met als doel Griekenland te bevrijden van de bijna 400 jaar durende Ottomaanse bezetting. De leden van de organisatie planden een opstand met de steun van rijke Griekse ballingengemeenschappen in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Ze kregen ook in het geheim steun van Rusland.
De Griekse opstand werd ingeluid op 25 maart 1821, toen bisschop Germanos van Patras de vlag van de revolutie hees boven het klooster van Agia Lavra op de Peloponnesos. De kreet 'Vrijheid of de dood!' werd het motto van de revolutie.

Er volgde een heftige strijd. In heel Griekenland vonden gelijktijdige opstanden plaats, waarbij de Grieken erin slaagden de Peloponnesos en enkele andere gebieden te veroveren. De Ottomanen vergolden zich door de Griekse bevolking van Chios en andere steden af te slachten. Bij de massacre van Chios werden naar schatting rond 25.000 eilandbewoners koelbloedig vermoord en diegenen die niet tijdig wisten te ontkomen, werden als slaven weggevoerd. De Ottomanen heroverden de Peloponnesos en rukten op tot in Athene. De Griekse opstand was op bloedige wijze gesmoord.

De Ottomanen verschansten zich op de Akropolis, vanwaar ze de Grieken beschoten. Na zes maanden raakten ze door hun munitie heen en begonnen ze de Akropolis te plunderen op zoek naar lood om geweer- en kanonskogels van te maken. Zuilen werden omvergetrokken. De Ottomanen hadden namelijk ontdekt dat de zuilen van de tempels op de Akropolis uit verschillende delen bestonden die in het midden door bronzen of ijzeren klemmen bij elkaar werden gehouden. Om de klemmen te verankeren hadden de oude Grieken lood in holtes in de stenen gegoten, en dat lood konden de Ottomanen goed gebruiken. Het historische belang van de Akropolis zou ze een zorg zijn.
De Grieken waren onthutst en archeoloog Kyriakos Pittakis stelde voor de Ottomanen munitie te sturen om hun loodroof te stoppen. Naar verluidt zat er een briefje bij de geschonken munitie: 'Hier zijn de kogels - laat de zuilen met rust!'

De Griekse vrijheidsstrijd kon inmiddels op veel sympathie in Europa rekenen en veel vooraanstaande intellectuelen, waaronder de Engelse dichter Lord Byron, maakten zich hard voor de Griekse zaak.
Dit leidde tot inmenging en bij de zeeslag van Navarino in 1827 vernietigden de gecombineerde Britse, Franse en Russische strijdkrachten een Ottomaans-Egyptische vloot. Dit was het beslissende moment in de Onafhankelijkheidsoorlog.
In oktober 1828 landden Franse troepen op de Peloponnesos en overmeesterden de Ottomanen. Onder bescherming van de Fransen konden de Grieken zich reorganiseren, een nieuwe regering vormen en de Ottomanen verslaan in de Slag om Petra, de laatste veldslag van de oorlog.

Een conferentie in Londen in 1830 stelde een volledig onafhankelijke Griekse staat voor. De definitieve grenzen werden bepaald tijdens de Londense conferentie van 1832 met een noordelijke grens die van Arta tot Volos liep en waarbij alleen Evia en de Cycladen binnen de grenzen vielen. De Grieken waren teleurgesteld over deze beperkte grenzen, maar durfden zich niet te verzetten tegen de wil van Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland die veel hadden bijgedragen aan de verworven Griekse onafhankelijkheid. Door de Conventie van 11 mei 1832 werd Griekenland eindelijk als soevereine staat erkend.
Ioannis Kapodistrias, die sinds 1828 gouverneur van Griekenland was, werd in oktober 1831 vermoord. Hierop drongen de Grote Mogendheden erop aan dat Griekenland een monarchie zou worden en de Beierse Prins Otto werd gekozen als eerste koning.

De nationale feestdag

25_maart_evzones

In 1838 werd 25 maart als nationale feestdag ingesteld met een Koninklijk Besluit van de regering van koning Otto.
De eerste viering vond plaats in Athene en werd bijgewoond door koning Otto en koningin Amalia, politieke en militaire hoogwaardigheidsbekleders en publiek. Sindsdien vindt de viering elk jaar plaats in Griekenland, Cyprus en Griekse diaspora-centra over de hele wereld.
Het grootste evenement is de militaire parade in Athene. In andere plaatsen in binnen- en buitenland worden parades van militaire divisies, en vlaggenparades van studenten, clubs en scholen gehouden.

25_maart_bakaliaros-skordalia

Deze dag staat er in heel Griekenland 'μπακαλιάρος σκορδαλιά' [bakaljáros skordaljá] op het menu. Gefrituurde kabeljauwvis met een krokant jasje, geserveerd met een dip van gepureerde aardappel met heel veel knoflook. Dit heeft te maken met de vastentijd voor Pasen, waarin geen dieren of dierlijke producten mogen worden gegeten. De Orthodoxe Kerk heeft echter een uitzondering toegestaan voor de viering van de Aankondiging en het eten van kabeljauw op deze dag toegestaan.

En zo zijn we weer terug bij de dubbele reden van deze nationale feestdag van een land waar religie en staat nauw verbonden zijn.

1 / 23
Volgende post

Zoeken in alle postings

  • undraw_web_search_eetr

Andere posts

Oudere posts

Dit artikel delen:

Disclaimer  | Privacy beleid | Algemene voorwaarden

Copyright © 2005 - 2024 | www.het-boekje.nl | Alle rechten voorbehouden.